We benne op de wereld om mekaar om mekaar om mekaar te hellepe, niewaar? Deze gezapige regel uit ‘t Schaep met de 5 pooten is van voor mijn tijd, maar er zit een kern van waarheid in. Leven we niet allemaal op dezelfde groenblauwe bol in de ruimte? Waarom delen we dan niet wat meer? In plaats van het auteursrecht te blijven handhaven om onszelf steeds verder van elkaar te verwijderen en onze individuele ego’s te paaien?
Het auteursrecht is een goudmijn voor advocaten. Met name als een creatief werk niet hetzelfde is als een ander werk, maar er wel op lijkt. Hoeveel gelijkenis mag het nog net hebben, en hoeveel is te veel? Omdat deze scheidslijn zo vaag is, regent het de laatste tijd rechtszaken over auteursrecht- en plagiaatkwesties. Zowel in de muziek (Flame vs. Katy Perry) als televisie (Anas Abdin vs. Star Trek Discovery). Daar komt nog bij dat rechters niet gehinderd worden door muzikale kennis en schadeclaims van obscure bandjes vaak toekennen – zoals dat in België met het nummer ‘Frozen’ van Madonna gebeurde – omdat een zanglijn toevallig overeenkomt. Het auteursrecht trekt een spoor van narigheid achter zich aan. De enigen die er voordeel uithalen zijn de juristen. En grote bedrijven die een oneindig aantal blikken juristen kunnen opentrekken.
Nietsvermoedende bloggers
Op sommige onderdelen van een werk is geen auteursrecht van toepassing, zoals het E mineur akkoord, shootouts tussen cowboys in een western, ruimteschepen in science fiction, en oude mannen met lang haar in fantasy. Maar veruit de meeste onderdelen zijn up for debate. En de mogelijkheid om creators met bataljons aan advocaten te bestormen, wordt de komende jaren schering en inslag, want de Europese Unie heeft met Artikel 11 en Artikel 13 de kant van het grote geld gekozen.
Je kunt erop wachten dat bijvoorbeeld alle teksten die ooit in de krant hebben gestaan in een database worden ondergebracht. Met een simpel softwareprogrammaatje kun je identieke zinnen opsporen. Dit wordt nu al gedaan voor foto’s. Nietsvermoedende bloggers worden aangeslagen omdat ze vijftien jaar geleden een willekeurig fotootje op hun blog hebben geplaatst. Nooit meer aan gedacht, tot er een brief van een incassobureau op de mat valt.
Als dit ook met tekst gebeurt, heb je de poppen aan het dansen. Ik kan in dit stuk, dat je nu leest, toevallig twee zinnen hebben geschreven die overeen komen met iets dat in een krant of website is gepubliceerd. Het is niet ondenkbaar dat ik daar over een paar jaar opeens een rekening van krijg. Is dat rechtvaardig? Want het klinkt leuk, dat je ‘in dit land altijd naar de rechter kunt stappen’, maar hoeveel tijd en geld – om niet te vergeten stress – gaat me dat kosten? Zelfs als de rechter me uiteindelijk – want dat gaat natuurlijk jaren duren – in het gelijk stelt?
Eén keer uitzoomen
De intimidatie van grote spelers in de kunsten en entertainment is al reden genoeg om het auteursrecht met pensioen te sturen. Maar laten we een beetje uitzoomen. Waarom beschouwen we alles wat door mensenhanden wordt gemaakt niet voor het grote goed? Waarom is een programma op televisie niet van iedereen? Het heet niet voor niets uitzending. Waarom mag de kijker alleen maar kijken en hetgeen hij heeft gekeken, in zijn huiskamer heeft ontvangen, niet gebruiken voor een nieuw werk? Waarom zou iemand die mijn boek heeft gelezen niet een pagina mogen omwerken tot liedtekst en uitvoeren met piano, band of voltallig symfonieorkest?
Plagiaat is wat anders. Dat is mijn boek kopiëren en je eigen naam eronder zetten. Dat is liegen en daar hou ik niet van, in tegenstelling tot de advocatuur.
Twee keer uitzoomen
Als we nog verder uitzoomen, bestaat alles uit vibratie. Alles is vibratie, die is opgedeeld in een oneindig aantal frequenties. Elke frequentie bevat specifieke energie, trillingen en gedachten. Ideeën. Welke ideeën je binnenkrijgt, hangt af van de frequentie waar je toevallig je inspiratie vandaan haalt. Ideeën zijn niet van jou. Daarom gebeurt het nogal eens dat hetzelfde idee door twee verschillende mensen, op twee verschillende plekken, op hetzelfde moment worden bedacht. Het is niet zo dat de een jatwerk op de ander pleegt; ze zaten gewoon allebei in dezelfde frequentie te rommelen.
Hoe vaak hoor je niet van muzikanten dat ze die ene wereldhit in vijf minuten hebben geschreven? Dat het nummer automatisch bij hen binnenkwam. Dat ze de woorden en muziek alleen maar hoefden op te schrijven. Denken kwam er niet aan te pas.
Als ideeën niet zijn te claimen, is het auteursrecht natuurlijk volslagen idioot. het recht op een gedachte is een verzinsel van het ego. Die wil zich onderscheiden. Die denkt daarmee voldoening te krijgen, geluk en veiligheid. Maar ook dat is een verzinsel. De ‘ik’ moet gevierd worden en de verbondenheid met anderen vergeten. Het ego is oververtegenwoordigd in onze cultuur en rechtssysteem. Laten we hem er geleidelijk uitwassen, te beginnen door het auteursrecht te zien voor wat het is.